top of page
t_high.png

De wereld volgens Tony De Voeger: Alfonso



De leeuw hoeft niet te weten hoeveel kinderen de buffel heeft voordat hij de buffel opeet. Weten maakt alles alleen maar moeilijker.

 

Een man kijkt vanachter een hek naar een bouwwerf. Hij kijkt naar de werkmannen die met grote machines de laatste resten van een gebouw aan het vernietigen zijn. Nog een paar uurtjes en dan alles is weg. Dan is het gebouw geveld en blijft alleen een veld over.

 

De man gaat door zijn knieën en aait zijn hond. Nog nooit heeft iemand een hond gezien die zo fel op zijn baasje lijkt. Als de man slaapt, gaat de hond ongetwijfeld met een foto van zijn baasje naar het hondenkapsalon toe, en zegt de viervoeter dat hij precies hetzelfde kapsel wil als de man op de foto. Zo erg lijken ze op elkaar. 

 

Een werkman ziet de man staan, maar negeert hem. Hij heeft het te druk met afbreken. Al het bewijs dat hier vroeger een gebouw stond, moet worden vernietigd. Hij voelt zich niet schuldig. Soms moet je het verleden uitgommen om de toekomst te kunnen tekenen.

 

De man met het hondje kijkt naar de werkman. Hij wil iets zeggen. Een verhaal vertellen. Maar de werkman, draagt een grote gele koptelefoon die dienst doet als gehoorbescherming. Hij wil niets horen. Hij heeft nu helemaal geen tijd voor rare verhalen. 

 

De man met het hondje heeft alle tijd. Hij haalt een pakje sigaretten uit zijn broekzak en steekt een sigaret in zijn mond. Hij gaat niet weg voordat iemand naar hem geluisterd heeft. De man met de graafmachine zucht, trekt de gehoorbeschermers van zijn oren af en loopt naar het hek waarachter de man met het hondje staat.

 

"Dit was vroeger mijn school." “Ik wist niet dat dit vroeger een school was, meneer." “Dat hoeft ook niet. De leeuw hoeft niet te weten hoeveel kinderen de buffel heeft voordat hij de buffel opeet. Weten maakt alles alleen maar moeilijker."

 

"Heeft u hier lang op school gezeten?" “Ik denk zo'n zeven jaar. In die hoek daar, stonden onze fietsen. Onder een afdakje. Daar heb ik ook voor het eerst gekust met een meisje. Anna. Mijn vriendjes waren ook verliefd op haar. Ze kon uren aan een stuk touwtje springen. Als de beste. Touwtjespringen was Anna haar leven. En dat daar achter meneer, dat was onze turnzaal."

 

"Hoe heet uw hondje?" “Hij heet Alfonso." “Wat een aparte naam." "Het is ook een aparte hond." “Vind u het erg dat we uw oude school hebben afgebroken?"

 

"Ik vind het niet erg, maar het is wel raar. Al mijn leraren zijn dood en bijna al mijn klasgenoten ook en nu is zelfs het schoolgebouw weg. Het wordt steeds moeilijker mijn kleinkinderen te laten geloven dat ik ooit een jeugd heb gehad. De groentewinkel waar ik als jonge gast werkte, is nu een computerwinkel. En mijn ouderlijk huis is sinds zes jaar de kleedkamer van een fitnesscentrum. Waar mijn stapelbed stond, staan nu mensen te douchen."

 

"Dingen veranderen, meneer." “Wat gaan ze hier eigenlijk bouwen?" “Grote appartementen." “Ja, dat heeft Sint-Truiden nu echt nodig. Ongelofelijk. Nog wat meer mensen die zo’n jacuzzi in hun living hebben staan." “Ik kan er ook niets aan doen meneer."

 

"Dat weet ik, jongen. Het is niet erg. Je moet alleen weten dat het een hele fijne school was. En dat ik er een fijne tijd heb gehad." “Ja, dat weet ik nu meneer.” “Dan is het goed."

 

De man met het hondje loopt weg. De werkman zet zijn gele gehoorbeschermers weer op. Hij hoort niets meer, maar als hij heel goed luistert, kan hij Anna horen touwtjespringen.

 

T. de Voeger.

 
 
 

Komentarai

Nepavyko įkelti komentarų
Regis, kilo techninė problema. Pabandykite prisijungti iš naujo arba atnaujinti puslapį.
bottom of page